Actueel
147
keer gelezen
Piershil – Ver van huis en haard kerst vieren, voor het derde jaar op rij. Voor de Oekraïners die in de Hoeksche Waard opgevangen worden, en in het hele land uiteraard, valt dat niet mee. De gedachten gaan deze dagen naar vervlogen tijden toen alles zo anders was. Hoe het er thuis aan toe ging en hoe ze het hier beleven, daarover vertellen vier Oekraïners die verblijven in het vroegere gemeentehuis van Piershil. ‘Het is de belangrijkste traditie van het jaar.’
Ze hebben er deze zaterdagmorgen net hun twee uur Nederlandse les opzitten. Vrijwilliger Franz heeft een andere afspraak en kan niet bij het gesprek blijven. ‘Geen probleem hoor’, zegt hij, ‘ze kunnen zich al aardig redden in het Nederlands. Er is een vertaalapp en we hebben net ondeugende woordjes geoefend.’ Er wordt gelachen, de sfeer is ontspannen, de koffie heet (en héél sterk). Het groepje heeft zelfs een kerstpakketje voor Franz gemaakt.
Heilig diner
De gezichten worden serieus zodra het woord kerst valt. Er zijn zeker raakvlakken met Nederland, knikken ze allemaal. De geboorte van de Heere Jezus, samenzijn, eten, kerkgang en cadeautjes, al is dat vooral voor de kinderen. Kerstbomen kennen ze ook, maar de typische Didukh, een rituele versiering gemaakt van graan of vlas, kennen wij dan weer niet. Sneeuw is er meestal, hier zelden.
‘Het kerstfeest is onze belangrijkste traditie’, begint Nataliia, ‘vroeger werd het op 7 januari gevierd, nu ook eind december. Kerstavond is traditioneel voor het heilig diner, dat wordt thuis gehouden. Er worden 12 gerechten gemaakt, verwijzend naar de 12 apostelen, maar geen dierlijke gerechten. De hele familie komt samen, met de peetvader als eregast. Kinderen krijgen cadeautjes.’ Volwassenen geven elkaar hooguit een kleinigheidje.
Zingend door de straten
Hoewel ook de orthodoxe kerk in Oekraïne te maken heeft met krimp is het met kerstavond, net als hier, stampvol in de kerk. Onderdeel van de traditie, weet Jana. ‘Zo’n dienst kan wel de hele nacht duren. Jongeren lopen voorafgaand door de straten en zingen liederen op weg naar de kerk.’ Ze denken alle vier met warme gevoelens terug aan de kerstvieringen van voor de oorlog en het vredig bij elkaar zijn.
Dit jaar gaan ze met kerst naar een kerk in Vlaardingen waar regelmatig Oekraïense diensten worden gehouden. Om de kersttraditie nog wat in ere te houden. In Piershil vieren ze apart in eigen kring kerst.
‘Kerst nu in de Oekraïne is moeilijk’ (dat woord valt vele malen), denkt Pavel, ‘op veel plekken is geen stroom, het is oorlog, veel mensen dood of gevlucht, hoe moet dat?’ Uitzicht dat ze snel weer thuis kerst kunnen vieren hebben ze niet. Bovendien willen ze eigenlijk liefst hier blijven. ‘Mijn kleine kinderen wonen al drie jaar hier’, zegt Pavel, ‘ze kennen Oekraïne amper meer. Waar ik woonde is nu bezet gebied. Ik heb hier geen thuis en daar ook niet. We moeten wachten, moeilijk.’
‘Russen blijven buren’
Dat vindt Nataliia ook. ‘Ik had daar een prettig leven, een eigen huis, veel familie. Maar de Russen blijven onze buren en gevaarlijk, ik ben bang.’ Haar zoon zit momenteel aan het front als soldaat. Voor hem zeker geen kerst. Halina wil wel terug, knikt ze resoluut. ‘Ik was lerares, nu werk ik in Heemzicht, hier aan de overkant. Mooi werk, maar Oekraïne is mijn land, daar hoor ik thuis.’
Jana droomt ervan ooit weer kerst te mogen vieren in een veilig Oekraine maar beseft dat dat nog ver weg is. ‘We moeten geduld hebben, ik had gedacht dat we hier niet lang zouden zijn. We zijn dankbaar voor de warme ontvangst, het is hier rustig en veilig. Maar je gedachten zijn in Oekraine.’ Ze zijn druk met de taal leren, werken en voor de kinderen zorgen. Ook met het oog op hun toekomst.
Nataliia besluit: ‘We moeten niet klagen en ons proberen te ontwikkelen.’ En met een universele wijsheid: ‘Want zonder moeite geen resultaat.’
(tekst: Conno Bochoven)