Shock op de weegschaal: zóveel kilo viel Churandy af tijdens Expeditie Robinson

Het is elk seizoen weer het moment waar de kandidaten en wij als kijkers – zij met gemengde gevoelens – naar uitkijken: het weegmoment en de eerste blik in de spiegel. Want wat doet wekenlang overleven op een dieet van een beetje rijst, wat cassave en (als je geluk hebt) een gevangen vis met een lichaam dat gewend is aan topsport?

Van spiermassa naar overlevingsstand

Churandy begon aan het avontuur als een afgetrainde machine. Als sprinter weet hij natuurlijk als geen ander wat goed is voor zijn lijf, en daar zal weinig slaap of eten op een onbewoond eiland vast niet bijhoren. Hoewel zijn glimlach nooit verdween tijdens de expeditie en hij wat ons betreft al superfit aan de strijd begon, zagen we hoe hij naarmate de weken verstreken gewicht verloor en bijzonder genoeg zijn spieren meer prominent aanwezig leken.

Niet heel gek als je bedenkt dat hij als topsporter waarschijnlijk al met een stevige basis bestaande uit flink wat spieren en minder vetreserves aan het avontuur begon. Doordat dat laatste laagje vet verdwijnt, worden de contouren van de spieren vaak juist zichtbaarder.

De harde cijfers

Vanmorgen werd dan eindelijk de video gedeeld op het officiële Instagram-account van Expeditie Robinson dat Churandy op de weegschaal stapte. Wat blijkt? De vrolijke sprinter bleek maar liefst 14 kilo te zijn kwijtgeraakt. Voordat Churandy aan Expeditie Robinson begon, woog hij 86,1. “Het zwaarste wat ik ook ooit heb gewogen”, vertelt hij in de video. Dat was bewust, om wat reserves te hebben voor het avontuur op het eiland.

Als Churandy eindelijk durft te kijken, ziet hij het schokkende getal 72,8. “Nee! Zo, dat is heel veel!” reageert hij lachend. “Al m’n spieren, ook weg en alles. 14 kilo…”, herhaalt hij nog eens voor zichzelf.

Churandy maakt nog de vergelijking met toen hij in topshape was voor de Olympische Spelen in 2008 – zelf toen was hij zwaarder dan nu. “Toen woog ik 75 ofzo”, vertelt hij. Maar of hij het erg vindt? Niet per se. “Ik mag nu wel heel erg gaan eten. Er moeten een paar kilootjes terug.”