USB-kabels gebruik je waarschijnlijk compleet verkeerd

Je steekt een USB-kabel in je pc en verwacht dat alles gewoon werkt. Maar grote kans dat je er niet alles uit haalt.

USB is overal. Van je toetsenbord en muis tot in je auto. Toch zijn die poorten lang niet zo gelijk als ze eruitzien. Gebruik je de verkeerde aansluiting, dan kan dat zorgen voor tragere snelheden, haperende beelden of zelfs wegvallende verbindingen.

Dat komt niet doordat je apparatuur slecht is, maar omdat de wereld van USB onnodig ingewikkeld is gemaakt. Verschillende standaarden, generaties, snelheden en aansluitingen lopen dwars door elkaar. Als je eenmaal snapt hoe de poorten écht werken, haal je veel meer uit je pc of laptop zonder ook maar één nieuw apparaat te kopen.

Zo gebruik je USB zoals het hoort

Een USB-poort is ontzettend handig, zolang je hem op de juiste manier gebruikt. Met deze tips haal je veel meer uit elke aansluiting.

Laat je niet misleiden door namen en labels

De naamgeving van USB is een rommeltje. Wat ooit begon als USB 3.0, werd later 3.1 en daarna 3.2, terwijl het in de praktijk om exact dezelfde snelheid ging. Zo verwijzen 3.0, 3.1 Gen 1 en 3.2 Gen 1 allemaal naar een USB-verbinding van 5 Gbps. Dat is niet bepaald duidelijk als je snel een kabel in wilt pluggen.

Sommige fabrikanten proberen het simpeler te maken door poorten te labelen met alleen hun snelheid, zoals 5 Gbps of 10 Gbps. Helaas gebeurt dit nog lang niet overal. Controleer daarom bij twijfel altijd de handleiding van je moederbord of laptop, zodat je weet welke poort wat aankan en je geen snelle apparaten afknijpt.

Niet elke USB-C-poort is een snelle krachtpatser

USB-C ziet er modern uit, maar laat je niet foppen door de stekker. Een USB-C-poort kan van alles zijn: van een simpele 3.x-aansluiting tot een razendsnelle USB4- of Thunderbolt-poort. Vooral op laptops komt het vaak voor dat maar één USB-C-poort volledige prestaties levert, terwijl de andere beperkt is.

Sluit je een snelle externe SSD, 4K capture card of dock aan op een tragere USB-C-poort, dan merk je dat direct. De snelheid valt tegen of functies werken niet zoals verwacht. Check daarom altijd welke USB-C-poort geschikt is voor hoge bandbreedte en plug je zwaarste apparaten daar in, ook al is dat niet de meest logische plek.

USB-poorten delen bandbreedte en stroom

Wat veel mensen niet weten, is dat poorten vaak dezelfde controller delen. Twee USB-apparaten die naast elkaar zitten, moeten soms dezelfde bandbreedte gebruiken. Sluit je bijvoorbeeld twee snelle SSD’s aan op zulke poorten, dan kan de snelheid van beide flink dalen.

Daarnaast leveren niet alle poorten evenveel stroom. Frontpanelen van pc-behuizingen, laptopzijkanten en interne hubs zijn vaak beperkter. Apparaten zoals externe schijven, capture cards en high-end webcams kunnen daardoor terugschakelen of zelfs de verbinding verliezen. Sluit veeleisende USB-apparaten bij voorkeur direct aan op de poorten achterop je pc, liefst die rechtstreeks aan de CPU gekoppeld zijn.

Tot slot: de juiste poort maakt écht verschil

USB is ontzettend flexibel, maar alleen als je de juiste poort voor het juiste apparaat gebruikt. Snelle apparaten horen thuis op de snelste en krachtigste aansluitingen, terwijl simpele randapparatuur prima werkt op oudere 2.0-poorten. Door bewuster om te gaan met USB haal je meer snelheid, stabiliteit en betrouwbaarheid uit dezelfde hardware.

De volgende keer dat een apparaat tegenvalt, ligt het dus misschien niet aan de kabel of het product zelf. Grote kans dat het gewoon in de verkeerde poort zit.

De USB-poort in je auto maakt ruimte voor deze bijzondere gadgets

Onderwerpen