Hij deed dit jaar – weer – van zich spreken door tijdens de 5 mei-herdenking een actievoerder pal voor de neus van minister Ruben Brekelmans van Defensie weg te slepen. Enfant terrible majoor Marco Kroon vertelt openhartig over zijn jeugd en zijn fascinatie voor het leger, de militaire missies, zijn worsteling met PTSS. Over zijn familie, zijn misstappen, zijn werk als vertrouwenspersoon en ambassadeur voor veteranen en zijn recente boek Paraat. Een monoloog over strijd, littekens, liefde, fouten en veerkracht.
Marco Kroon trapt deze week Metro’s traditionele eindejaarsreeks Het Jaar Van af. Het jaar 2025 dus, dat bijzonder was voor heel wat mensen. Zoals Marco Kroon, over wiens leven eerder een film De Vuurlinie werd gemaakt. In Het Jaar Van lees je deze week ook interviews met ‘Slimste Mens’ Brankele Frank en Ahmed Abdillahi, de man die vijfentwintig marathons liep om aandacht te vragen voor armoede in Rotterdam.
Marco Kroon was gefascineerd door militaire verhalen
„Als ik terugga naar mijn jeugd, zie ik een jongen die net even iets anders was dan zijn vriendjes. Geen kind dat elke dag weer een andere toekomstdroom had – de ene dag piloot, de andere dag chirurg. Nee, ik was gefascineerd door militaire verhalen en wilde maar één ding: militair worden. Dat had voor mij iets magisch, maar niet op de manier die mensen vaak denken. Het ging mij nooit om stoerdoenerij of oorlogje spelen.
Het intrigeerde me hoe militairen hun leven inrichten en zich inzetten voor de vrijheid van anderen door denken en doen in het ‘wij’. De discipline en de kameraadschap, het gevoel dat je samen ergens voor staat. Dat trok mij als kind enorm.
Thuis had ik een hoekje dat gevuld was met boeken over de Tweede Wereldoorlog, over mariniers en commando’s, over missies en roemruchte veldslagen. 10 was ik en ik verslond alles. Terwijl andere kinderen naar tekenfilms keken, bouwde ik diorama’s met soldaatjes en tanks. Daar verloor ik mezelf compleet in. Ik begreep toen nog niet veel van de complexiteit van oorlog, maar ik voelde wel dat het mijn wereld was. Dat klinkt misschien raar voor een kind, maar sommige dingen zitten gewoon in je natuur.
Kameraadschap herkennen
Mijn ouders steunden me altijd, ook al begrepen ze mijn fascinatie niet volledig. Ik was geen moeilijk kind, maar had wel een sterke mening en gevoel voor gerechtigheid. Ik hield er van om grenzen op te zoeken. Maar ik wist één ding dus zeker: ik wilde militair worden. Iets doen waarop je trots kunt zijn, ertoe doen in dienst van Nederland. Dat verlangen heeft me door mijn hele jeugd heen geduwd. Dat doel gaf me richting.
Ik kom niet uit een rijke of luxe omgeving. Had wel een onbezorgde jeugd, maar het ging niet vanzelf. Ik groeide op in Brabant in een arbeidsgezin. Misschien dat ik daarom ook dat gevoel van kameraadschap zo herkende in militaire verhalen. Ik voel me nog steeds thuis bij mensen die hard werken, die recht door zee zijn en hun afspraken nakomen.
Toen ik eenmaal oud genoeg was en me kon aanmelden, wist ik: dit is het moment waarvoor ik gemaakt ben. Het leger voelde meteen als thuiskomen. Ik zeg weleens: het was alsof ik eindelijk in het juiste harnas kroop. Je wordt onderdeel van een geheel, een groep. En voor iemand zoals ik, die altijd een soort onrust voelde, was dat precies wat ik nodig had. In het leger leer je alles wat je nodig hebt om met extreme situaties om te gaan: discipline, moed, verantwoordelijkheid. Maar wat je vooral leert, is om voor anderen te zorgen. Als het misgaat, moet jij degene zijn die overeind blijft, die beslissingen neemt, die niet in paniek raakt. Je moet betrouwbaar zijn – anderen rekenen op je.
De missies van Marco Kroon
Ik heb door de jaren veel verschillende opleidingen en trainingen doorlopen. Daardoor leerde ik vooral mezelf heel goed kennen. Ik houd ervan tot het uiterste te gaan. Als je jezelf nooit test, weet je ook niet wat je waard bent. Dat militaire leven heeft mij gevormd tot wie ik ben, met alle goede en mindere kanten. Sommige eigenschappen zijn essentieel in de strijd, maar een valkuil in het gewone leven.
Mijn missies in Afghanistan hebben littekens achtergelaten en dat bedoel ik niet alleen lichamelijk. Ik zag dingen die geen mens zou moeten zien, maar bij het werk horen. Ik heb verschrikkelijke zaken meegemaakt. Collega’s verloren, kinderen zien sterven, burgers in nood gezien, situaties waarin alles afhing van één beslissing die je binnen seconden moet nemen. De meeste mensen kennen de verhalen alleen uit films of kranten, maar de werkelijkheid is duizend keer rauwer. Je kunt je er niet op voorbereiden, hoe goed je ook getraind bent. Als je eenmaal in zo’n situatie bent, verandert er iets in je. Dat is onvermijdelijk.
Mijn eerste uitzending was in 1991 naar Irak. Een harde leerschool. Ik was 20. Je loopt daar in een wereld en in een klimaat dat je niet kent, je lichaam raakt van slag. 70 procent van de eenheid had diarree. Ik was zeven weken lang ziek. Dat zijn dingen die niemand ziet, maar je onzichtbaar van binnen slopen.
‘Het mentale litteken zal altijd zichtbaar blijven’
De gevechten, het schieten, het verlies van levens… Heftig, maar ik kan het plaatsen. Het is een eerlijke strijd: hij of ik. Maar toen ik gevangen werd genomen, werd vastgebonden op een tafel en meerdere mensen zich op mij uitleefden… Het zwijgen daarover… dat heeft mij uiteindelijk gebroken. Het woord ‘verkrachting’ kon ik heel lang niet uitspreken. Die ‘wond’ is gelukkig genezen, maar het mentale litteken van vernedering en onmacht zal voor mij altijd zichtbaar blijven. Het kostte me jaren om erover te praten. Ik zag mezelf als commando, als stoere vent. Maar toen ik er eindelijk over kon en durfde te spreken, merkte ik hoeveel mensen – mannen en vrouwen – zich erin herkenden. Dat het hen hielp dat ik naar buiten trad. Dat gaf me kracht.
Ik weet nog dat ik terugkwam van mijn eerste missie en van mijn moeder hoorde dat ik erg was veranderd. Zelf zag ik het niet, maar het was confronterend. Want – je moet daarna weer functioneren in een samenleving waar mensen zich druk maken over dingen die je na zo’n missie eigenlijk niet meer belangrijk vindt. Je zit met een hoofd vol beelden, vol geluiden, vol adrenaline, en tegelijkertijd moet je boodschappen doen en op verjaardagsvisite gaan.
Voor mij is PTSS niet iets negatiefs. Voor mij voelde het als een zware burn-out. Dat is geen schande. Het bracht mij ook iets: veerkracht, weerbaarheid. Je moet accepteren dat je nooit meer dezelfde wordt. En misschien moet je dat ook helemaal niet willen. Het heeft mij als mens verrijkt, echt. Ik ben milder geworden, sta niet meteen met m’n oordeel klaar. Iedereen heeft zijn eigen verhaal.
Natuurlijk heb ik moeilijke periodes gekend. Ik raakte in een forse dip, ik ben daar eerlijk over. Die oprechtheid helpt anderen weer. PTSS is niet iets om je voor te schamen, maar erover praten is moeilijk. Binnen Defensie wordt het gelukkig steeds meer bespreekbaar. Het is ook geen zwakte – je bent net iets te lang sterk geweest. Iedereen heeft simpelweg zijn breekpunt. Dat van mij kwam pas jaren later. Ik had geen last van nachtmerries, maar stond wel altijd op ‘aan’. Continue alertheid. Soms lag ik gevoelsmatig nog vastgebonden op die klotetafel. Onmacht en frustratie omdat ik niets kon doen.
Ik durf dat nu te zeggen omdat ik weet hoe belangrijk het is om je gevoel te uiten en het bespreekbaar te maken. Te veel veteranen lopen te lang rond met klachten zonder dat iemand hen hoort of ziet. We moeten als Defensie zeker geen praatclubje worden, maar ik ben ervan overtuigd dat wanneer opgekropte negatieve energie als stress, frustratie en onmacht eerder worden besproken, het percentage PTSS onder patiënten drastisch daalt.
Mirjam, de echtgenote van Marco Kroon
Mijn vrouw Mirjam betekent heel veel voor mij. Zij heeft mij meegemaakt in elke fase: de man die ik was vóór elke missie, de man die ik was ná terugkeer van de uitzending en alles daartussenin. En geloof me: dat is geen gemakkelijke taak geweest. Ik was niet altijd even leuk om mee te leven. Ik heb periodes gekend waarin ik in mezelf gekeerd was. Waarin ik boos was zonder duidelijke reden, waarin ik alles blokkeerde en mezelf niet eens meer herkende.
Mirjam bleef. En dat zegt alles over haar karakter. Ze laat je voelen dat je niet alleen militair bent, maar ook gewoon een mens. Ze begrijpt mij op een niveau dat ik zelf niet eens altijd begrijp. En dat is liefde. Niet de Hollywoodversie, maar de echte: blijven staan wanneer het stormt. Ook mijn kinderen – ik heb drie zonen – hebben mij af en toe gezien als iemand die ik helemaal niet was. Kort lontje, overdadig alcoholgebruik, noem maar op. In elk geval niet het voorbeeld dat een vader zou moeten zijn. Maar ik ben altijd eerlijk geweest tegen ze. Ik ben ook maar een mens. Openhartig over mijn fouten, mijn twijfels en mijn angsten. Ik geloof dat kinderen eerlijke ouders nodig hebben, geen perfecte.
Vroeger was het anders. Toen stonden de mannen in het veld en mijn missie op nummer één. Die tijd is voorbij. Mijn gezin, mijn familie heeft tegenwoordig de hoogste prioriteit. Mijn gezin geeft mij nu een reden om een betere vader te zijn dan ik was.
‘De Carnavalszaak was een hel’
Ik ben verre van perfect. Dat verberg ik niet. Ik ben direct, ben eigenwijs en neem soms mindere beslissingen. Dat hoort bij wie ik ben. Ik ben niet iemand die alles gladstrijkt om maar aardig gevonden te worden. De ‘Carnavalszaak‘, waarbij ik door de politie werd aangesproken op wildplassen en ik een kopstoot zou hebben uitgedeeld aan een van de agenten, was een hel. Het is zwaar om verdacht te worden van iets dat je niet hebt gedaan. Mensen beseffen niet hoeveel schade dat aanricht. Ook al word je later vrijgesproken, de verdenking blijft hangen. Er zijn altijd mensen die zeggen: ‘Waar rook is, is vuur.’ Die mentaliteit doet pijn.
Ja, ik was aardig dronken. Mag het een keer? Het was Carnaval, ik heb ook een leven. In april 2019 werd ik tijdens die carnavalszaak onverwachts geschorst door toenmalig minister van Defensie, mevrouw Bijlevelt. We hoorden het per toeval op de radio in de auto, Mirjam zat naast me. ‘Marco Kroon is geschorst.’ Terwijl dat procedureel helemaal niet kon. Dat deed pijn. Mijn directe chef wist ook van niets. Hij belde en zei: ‘We horen het ook net…’ Ik had een rechtszaak kunnen beginnen – ik had zeker gewonnen, daar ben ik van overtuigd. Maar moest ik dan mijn eigen organisatie aanklagen? Dat kan ik niet. Ik ben loyaal, ik houd van Defensie.
Marco Kroon: ‘Ik had niks gebruikt’
De politie had direct na mijn arrestatie naar de media gelekt dat ik positief getest zou zijn op verschillende soorten drugs. Maar ik had niks gebruikt. Ab-so-luut niets. Ik had alleen een wangslijmvliestest laten afnemen en die was negatief. Toch werd die door politie als positief werd gemeld. Een bewuste leugen, de karaktermoord was compleet. Om mijn onschuld te bewijzen ben ik zelf naar Frankrijk gereden om borsthaar te laten onderzoeken op sporen van cocaïne. Ik kwam terug met onomstotelijk wetenschappelijk bewijs. Toen zei de politie: ‘Onze fout…’ Nou, daar ben je lekker mee.
Waarom ze me extra zwart hebben gemaakt? Zeker weten doe ik dat natuurlijk nooit, maar ik vermoed dat er nog wat recht te zetten viel uit 2010. Toen werd ik in mijn café in ’s-Hertogenbosch aangehouden op verdenking van overtreding van de opium- en wapenwet. En ja… ik had toen inderdaad een soort van stroomstootapparaatje achter de bar liggen. Van die drugsonzin ben ik geheel vrijgesproken. Alles was ingezet om mij te pakken: observatieteams, een inval bij familie, het doorzoeken van vuilnis, de hele santenkraam. Maar niets bleef overeind. Er was dus mogelijk nog een rekening te vereffenen. Ik heb één belangrijke les geleerd: als je voor jezelf blijft staan, komt de waarheid uiteindelijk naar boven. Ik ben nooit oneerlijk geweest. Nooit. Dat is voor mij belangrijker dan hoe mensen over mij praten.
5 mei-incident
Het incident tijdens de 5 mei-herdenking in Wageningen, jongsleden mei, was een moment waarop ik instinctief handelde, in een fractie van een seconde. Ik zag iemand over de afzetting klimmen en richting minister Brekelmans lopen. Die persoon had iets in zijn handen. Dat kon in mijn ogen fout gaan – als militair ben je altijd bezig met risico’s inschatten en snelle analyses maken. Dus ik handelde. Niet om interessant te doen – daar houd ik helemaal niet van – maar omdat ik vond dat het nodig was.
Daarna riep iedereen in koor: ‘Dat zou ik ook hebben gedaan.’ Maar er waren bij de herdenking veel mensen en niémand deed iets. Zelfs de beveiliging was veel te laat. Ik denk wel na over de gevolgen, hoor. Maar niet voor mezelf. Ik dacht: als ik nu niks doe en er gebeurt iets, vergeef ik het mezelf nooit meer. Ik sta voor Nederland en de minister staat er namens Nederland. Dan grijp je in.
De reacties waren heftig, iedereen had een mening. De meeste mensen die kritiek hadden, stonden niet op die plek en zagen niet wat er gebeurde. Ik heb geleerd dat je in dit land door sommigen wordt gevierendeeld als je ingrijpt en door anderen wordt afgebrand als je níet ingrijpt. Je doet het nooit goed. Ik handelde uit verantwoordelijkheid; niet vanuit heroïek.
Boek omdat Nederland niet is voorbereid op een crisis
Mijn boek Paraat heb ik geschreven omdat ik zie dat Nederland niet is voorbereid op een crisis. Dat klinkt misschien dramatisch, maar het is de realiteit. We zijn zó verwend geraakt, denken de overheid altijd klaarstaat, dat voorzieningen nooit uitvallen. Maar de wereld verandert snel. Je moet zelf nadenken over wat je zou doen als er een ramp gebeurt, als er oorlog uitbreekt, als systemen platliggen.
Ik wil geen angst zaaien, maar bewustwording creëren. Daarnaast geef ik met wat gezond militair verstand wat extra tips en tools ter voorbereiding op diverse scenario’s. In het leger leer je: denk vooruit, wees voorbereid, zorg voor elkaar. Dat geef ik door aan gewone mensen. Met de juiste mindset ben je minder kwetsbaar. Er zijn mensen die zeggen: ‘Het zal allemaal wel meevallen.’ Dat is precies het probleem. Die houding maakt ons als samenleving kwetsbaar.
Vrouwen in het leger
Het is goed dat Defensie momenteel intensief personeel werft. Mannen en vrouwen. De seksen maken niet uit: Een goed militair is een goed militair. Punt. Dat heeft niets te maken met geslacht. Het is echt onzin te denken dat vrouwen in het leger minder zijn. Sterker: soms zijn ze in sommige juist beter omdat ze anders tegen situaties aankijken, anders reageren en vaak minder last van hun ego hebben.
We zitten niet meer in de tijd dat alles draait om brute kracht. Je hebt nu slimme, inventieve en veelzijdige mensen nodig. Ik heb gezien dat vrouwen vaker meer rust binnen een team brengen doordat ze beter en socialer communiceren. Dat zijn kwaliteiten die soms het verschil kunnen maken tussen escalatie of de-escalatie. Mannen stoppen vaker dingen weg. Die doen stoer, houden alles binnen. Vrouwen praten gemakkelijker, uiten het eerder. Daardoor worden problemen sneller opgelost. Vrouwen lopen vaak minder lang met ongeadresseerde stress rond dan mannen. Dat is een kracht.
De fysieke eisen zijn bij sommige onderdelen extreem zwaar. Niet iedereen redt het, mannen evenmin. Ik ben absoluut tegen het verlagen van normen, maar als een vrouw dezelfde standaard haalt, is er niets dat haar tegenhoudt. Dan is ze gewoon geschikt. Tegen iedere vrouw die er klaar voor is zeg ik: doen! Wij hebben jullie nodig.
Marco Kroon nu vertrouwenspersoon veteranen
Mijn werk als vertrouwenspersoon voor veteranen is misschien wel het belangrijkste dat ik doe. Ik herken hun verhalen, hun wondtekens, hun eenzaamheid. Ik weet hoe het voelt om terug te keren naar een wereld die door is gegaan, terwijl jij bent blijven hangen in een gevecht dat niemand ziet. Veel veteranen durven niet te praten. Ze denken dat ze anderen tot last zijn, dat niemand hen begrijpt. Maar als ze met mij praten, denk ik dat zij voelen: dit is iemand die precies weet wat er in mijn hoofd gebeurt. Dat is genoeg om hen te openen. De gesprekken die ik voer zijn soms rauw en pijnlijk. Maar er zit ook veel liefde in.
Veteranen zijn geen killermachines. Het zijn mensen met een enorme loyaliteit, groot plichtsbesef, maar ook dikwijls schuldgevoelens. Die emoties hebben een plek nodig. Als iemand na een uur praten zegt: ‘Dit was meer waard dan een half jaar therapie’, weet ik waarom ik dit werk doe. Mensen vermoeden dat iedere veteraan problemen heeft na een missie. Maar – slechts 10 procent heeft ooit moeilijkheden gehad, fysiek of mentaal. 3 procent heeft daar blijvend last van. De overgrote meerderheid daarentegen wordt juist sterker door die uitzendingen. Als mens én militair.
Fout is fout
Ik ben mijn hele leven al direct. Soms te direct. Ik geloof niet in extra laagjes en maskers. Als ik iets vind, zeg ik het. Als iets fout is, benoem ik het zo. Dat wordt niet altijd gewaardeerd, maar zo ben ik nu eenmaal. Ik wil niet leven als een man die toneel speelt. Ik heb liever dat iemand zegt: hij is soms bot, maar wel eerlijk, dan dat mensen vinden dat ik dubbel ben. Eerlijkheid kost soms vriendschappen, maar bij eerlijkheid krijg je altijd jezelf terug.
Ik word soms gevraagd door collega’s en ingezet als breekijzer als zij geen vat krijgen op een bepaalde veteraan. Mijn kracht is, denk ik, dat ik mensen kan lezen omdat ik al 37 jaar op de werkvloer zit. Dan spreek je de taal en durf je zaken te benoemen, dingen te zeggen die een psycholoog of generaal niet voor hun rekening kunnen of durven te nemen. Vaak is dat precies wat iemand nodig heeft.
Als ik terugkijk, zie ik geen mooi gepolijst verhaal. Ik zie hoogtepunten, diepe dalen, fouten, successen, gevechten, littekens. Maar bovenal zie ik iemand die nooit is opgehouden met vechten. Niet alleen op het slagveld, maar ook tegen zichzelf. Ja, ik heb fouten gemaakt. Maar ik heb altijd gevochten voor de mensen om me heen, voor kameraadschap, voor mijn gezin en voor mijn principes. Ik wil dat mensen mij herinneren als iemand die echt was. Iemand die durfde te falen, durfde te vallen, maar altijd opstond. Niet omdat ik zo’n mannetjesputter ben, maar omdat ik geen andere keuze heb. Dat is wie ik ben.
Ik heb één belangrijke les geleerd: als je voor jezelf blijft staan, komt de waarheid uiteindelijk naar boven. Ik ben nooit oneerlijk geweest. Nooit. En dat is voor mij belangrijker dan hoe mensen over mij praten.
Militaire Willems-Orde redde leven van Marco Kroon
Ik was in 2009 de eerste Ridder der Militaire Willems-Orde in 24 jaar tijd. Toen nog de jongste, maar inmiddels de oudste drager. Nu ik erover nadenk heeft de toekenning mij toentertijd het leven gered. Het verborgen ‘monster’ in mijn hoofd, de verkrachting in Afghanistan deden vreemde dingen met mijn geest, maar het ridderschap hield me binnen de perken. Het gaf me een groot verantwoordelijkheidsbesef.
Het moment dat ik hoorde dat ik de Militaire Willems Orde kreeg, ervoer ik oprecht als surrealistisch. Het is de hoogste onderscheiding die je in Nederland kunt ontvangen voor daden van moed, beleid en trouw. Volgens mij ook de enige koninklijke onderscheiding waarvoor onbesproken gedrag juist geen criterium is. Laten we eerlijk zijn: de eerste persoon die met onbesproken gedrag een oorlog wint of overleeft moet nog worden geboren.
Het is ook een symbool dat is beladen is met symboliek en militaire geschiedenis. Ik draag de medaille met trots, maar niet voor mezelf. Ik draag hem voor mijn maten en iedereen die net zo hard of misschien wel harder heeft gestreden voor vrede en de vrijheid van anderen. Geen statussymbool, maar een eerbetoon aan hen die het allerhoogste offer hebben gebracht. Aan kameraadschap. Aan die momenten waarop je denkt dat je niet meer kunt, maar toch doorgaat omdat iemand anders op jou rekent. Mensen zien een medaille – ik zie gezichten en hoor verhalen.
Hoe Nederland over mij denkt? Ach, na alles dat ik over me heen heb gehad, maakt het me eigenlijk niet veel meer uit. Ik weet waar ik voor sta, wat ik bereid ben geweest te offeren. Ik hoop overigens wel dat er een zwijgende meerderheid is die heel anders over me denkt dan wat je in de media tegenkomt. En de mensen die me écht kennen weten: Marco is altijd Marco gebleven.”
Dit zijn de best gelezen artikelen van dit moment:
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.metronieuws.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2025%2F12%2FMarco-Kroon-als-kind.jpg)
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.metronieuws.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2025%2F12%2FMarco-Kroon-in-Cambodja.jpg)
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.metronieuws.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2025%2F12%2FMarco-Kroon-en-Mirjam.jpg)
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.metronieuws.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2025%2F12%2FMarco-Kroon-defensie.jpg)
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.metronieuws.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2025%2F12%2Fboek-Paraat-Marco-Kroon.jpg)
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.metronieuws.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2025%2F12%2Fmarco-kroon-willems-orde.jpg)